Appels, bananen en peren, dit zijn de fruitstukken die in Nederland veel worden gegeten. Het fruitaanbod in Thailand ziet er enigszins anders uit. Overal op straat zie je onbekende vruchten in de mooiste kleuren en vormen, maar waar smaken ze naar? Helaas spreken de meeste Thaise verkopers geen vloeiend Engels en kunnen zij niet altijd goed uitleggen welke smaak je kan verwachten. Daarom vind je hieronder een korte omschrijving van de lekkerste Thaise vruchten. Op deze manier kan je van te voren kijken wat je lekker lijkt en sta je niet geheel voor verrassingen!
We starten de lijst met Durian; door sommige ook wel ‘de Koning van het fruit’ genoemd. Deze vrucht heeft een zeer sterke smaak die ook wel eens wordt vergeleken met stinkende sokken. In meerdere hotels, openbare gebouwen, vliegtuigen en bussen mag durian niet mee naar binnen door de penetrante geur. Er zijn echter ook genoeg mensen die de vrucht heerlijk vinden. Laat je niet afschrikken door andermans reacties, proef het zelf en kom erachter wat jij ervan vindt!
Maak kennis met de grote zus van durian, jackfruit. Dit is de grootste vrucht ter wereld die groeit aan een boom. Een jackfruit kan zo’n 20 tot 30 kilo wegen! Zodra je een jackfruit opensnijdt zie je verschillende parten met daarin een grote pit. Om elke pit zit zoet, sappig en een beetje draderig vruchtvlees. Zoek naar goudgeel vruchtvlees, want als ze nog te licht van kleur zijn zal het minder zoet smaken.
Deze vrucht heeft een harde, paarse schil en is iets kleiner dan een tennisbal. Aan de binnenkant vind je 5 à 6 pitten met daaromheen zacht en zoet vruchtvlees. Tijdens het schillen van deze vrucht moet je wel goed oppassen voor je kleding, de paarse kleur kan erg afgeven en gaat vervolgens lastig uit je kleren.
Door de knalrode kleur en lange dunne stekels doet deze vrucht ons een beetje denken aan een kleine draak. Van binnen zit een heerlijke verrassing verstopt. Het vruchtvlees is stevig en zoet, maar pas wel op want aan de binnenkant zit een pit. De structuur is een beetje te vergelijken met een druif.
Langsat stamt af van de rambutan maar is minder bekend. Het groeit zowel in Noord- als in Zuid-Thailand en is het beste te verkrijgen van juli tot en met september. Maak de bruine dunne schil voorzichtig open en neem een hap van het doorzichtige vruchtvlees. Deze vrucht is klein, maar erg sappig en smaakt zoetzuur.
De Thaise naam voor deze vrucht is Champoo, het heeft een hele knapperige, crunchy structuur en frisse smaak. Een goede opfrisser voor een hete dag!
Het volgende gezinslid van de appelfamilie is de custard appel. Vanaf de buitenkant lijkt het op alles behalve een lekker stukje fruit. De schil heeft iets weg van een harde drakenhuid, maar aan de binnenkant vind je wit en zijdezacht vruchtvlees. Pas wel op voor de vele pitten want deze kan je niet opeten.
Appels, bananen en peren, dit zijn de fruitstukken die in Nederland veel worden gegeten. Het fruitaanbod in Thailand ziet er enigszins anders uit. Overal op straat zie je onbekende vruchten in de mooiste kleuren en vormen, maar waar smaken ze naar? Helaas spreken de meeste Thaise verkopers geen vloeiend Engels en kunnen zij niet altijd goed uitleggen welke smaak je kan verwachten. Daarom vind je hieronder een korte omschrijving van de lekkerste Thaise vruchten. Op deze manier kan je van te voren kijken wat je lekker lijkt en sta je niet geheel voor verrassingen!
We starten de lijst met Durian; door sommige ook wel ‘de Koning van het fruit’ genoemd. Deze vrucht heeft een zeer sterke smaak die ook wel eens wordt vergeleken met stinkende sokken. In meerdere hotels, openbare gebouwen, vliegtuigen en bussen mag durian niet mee naar binnen door de penetrante geur. Er zijn echter ook genoeg mensen die de vrucht heerlijk vinden. Laat je niet afschrikken door andermans reacties, proef het zelf en kom erachter wat jij ervan vindt!
Maak kennis met de grote zus van durian, jackfruit. Dit is de grootste vrucht ter wereld die groeit aan een boom. Een jackfruit kan zo’n 20 tot 30 kilo wegen! Zodra je een jackfruit opensnijdt zie je verschillende parten met daarin een grote pit. Om elke pit zit zoet, sappig en een beetje draderig vruchtvlees. Zoek naar goudgeel vruchtvlees, want als ze nog te licht van kleur zijn zal het minder zoet smaken.
Deze vrucht heeft een harde, paarse schil en is iets kleiner dan een tennisbal. Aan de binnenkant vind je 5 à 6 pitten met daaromheen zacht en zoet vruchtvlees. Tijdens het schillen van deze vrucht moet je wel goed oppassen voor je kleding, de paarse kleur kan erg afgeven en gaat vervolgens lastig uit je kleren.
Door de knalrode kleur en lange dunne stekels doet deze vrucht ons een beetje denken aan een kleine draak. Van binnen zit een heerlijke verrassing verstopt. Het vruchtvlees is stevig en zoet, maar pas wel op want aan de binnenkant zit een pit. De structuur is een beetje te vergelijken met een druif.
Langsat stamt af van de rambutan maar is minder bekend. Het groeit zowel in Noord- als in Zuid-Thailand en is het beste te verkrijgen van juli tot en met september. Maak de bruine dunne schil voorzichtig open en neem een hap van het doorzichtige vruchtvlees. Deze vrucht is klein, maar erg sappig en smaakt zoetzuur.
De Thaise naam voor deze vrucht is Champoo, het heeft een hele knapperige, crunchy structuur en frisse smaak. Een goede opfrisser voor een hete dag!
Het volgende gezinslid van de appelfamilie is de custard appel. Vanaf de buitenkant lijkt het op alles behalve een lekker stukje fruit. De schil heeft iets weg van een harde drakenhuid, maar aan de binnenkant vind je wit en zijdezacht vruchtvlees. Pas wel op voor de vele pitten want deze kan je niet opeten.